Over enkele weken wordt de A4 Midden-Delfland geopend. Ondernemers en automobilisten zijn blij met deze 7 kilometer snelweg tussen Delft en Schiedam. Er komt een eind aan de files op de A13 en Den Haag, het Westland en Rotterdam worden beter bereikbaar. Een gekantelde vrachtwagen zal alle verkeer tussen de twee en de derde stad van Nederland niet langer kunnen blokkeren.
De A4 heeft tientallen jaren heftige emoties losgemaakt en geleid tot een debat dat zijn weerga in de geschiedenis van de Nederlandse wegenbouw niet kent. Voor de milieubeweging was de A4 een verzetsmonument tegen de toenemende automobiliteit en aantasting van het ‘laatste restje groen’ tussen Rotterdam en Den Haag. Voor ondernemers was de A4 een bloemlezing van vertragingen en bestuurlijke besluiteloosheid. De eerste plannen voor deze weg kwamen al in 1959 op tafel! Maar liefst 19 ministers van Verkeer en Waterstaat hebben zich ermee beziggehouden. Als we alle betrokken ambtenaren, bestuurders van de vele overheden en vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties zouden verzamelen, zou het Circustheater in Scheveningen nog te klein zijn.
Voor de lobby van VNO-NCW West is de A4 15 jaar lang een hoofddossier geweest. Het ging ons om de economie en de bereikbaarheid van de hele Zuidvleugel van de Randstad, met 3,5 miljoen inwoners cruciaal voor onze nationale welvaart. Vanaf het jaar 2000 heb ik deelgenomen aan een polderoverleg onder leiding van de provincie Zuid-Holland. Alle partijen zaten aan tafel: Rijk, gemeenten, milieubeweging, ANWB, noem maar op. Uit dit overleg kwam een prachtig plan voort dat de snelweg zo goed inpaste in de omgeving dat deze niet te horen, niet te zien en niet te ruiken zou zijn (IODS). Toch bleef het definitieve besluit tot aanleg nog tien jaar uit. Met name de gemeenten Schiedam en Vlaardingen en de milieubeweging bleven traineren.
VNO-NCW West startte daarom in 2009 met veel partijen uit het bedrijfsleven een mediaoffensief. Onder het motto ‘A4 Nu!’ werd gedemonstreerd op het Binnenhof en steunden ondernemers de lobby met billboards op hun bedrijfspand of vrachtauto. Tijdens de ochtendspits registreerden duizenden automobilisten zich als ‘Vriend van de A4’. Minister Camiel Eurlings was blij met de handtekeningen en nam daadkrachtig het definitieve Tracébesluit. Op 6 juli 2011 verklaarde de Raad van State dit besluit 'onherroepelijk'. Eindelijk kon de schop de grond in.
55 jaar praten over de A4, wat kunnen we er van leren? Allereerst het belang van leiderschap dat zowel verbindend als besluitvaardig is. Gedeputeerde Marnix Norder toonde dat met het plan voor een goed ingepaste snelweg. Minister Camiel Eurlings deed dat ook.
In de tweede plaats het samenspel van overheden. Burgers en ondernemers hebben niets aan overheden die elkaar tientallen jaren bestrijden. De wetgeving is gelukkig aangepast waardoor overheden en actiegroepen niet meer eindeloos kunnen procederen. Rijkswaterstaat, de provincie en betrokken gemeenten moeten samen zorgen voor een open en tegelijk kordaat proces. Bij de huidige besluitvorming rond de Blankenburgtunnel en de A13/A16 lukt dat.
Er is ook een les voor maatschappelijke organisaties. Zij moeten in dialoog gaan en de verantwoordelijkheid nemen voor de oplossingen die daaruit voortkomen. De mobiliteitsopgave voor de Randstad wordt alleen maar groter; de vier provincies krijgen er de komende twintig jaar 700.000 inwoners bij. Om die te faciliteren hebben we een forse schaalsprong in het openbaar vervoer nodig, evenals overheden, werkgevers en werknemers die samen meer innovatieve oplossingen bedenken voor het woon-werkverkeer.
De A4 ligt er nu. De weg gaat zorgen voor een verkeersnetwerk tussen Rotterdam en Den Haag dat robuuster, betrouwbaarder en veiliger is. We mogen allemaal trots zijn op het resultaat!
Bert Mooren, directeur VNO-NCW West
Bron: VNO-NCW West